woensdag 13 oktober 2010

Janine Jansen

Wat een prachtig portret heeft regisseur Paul Cohen gemaakt van violiste Janine Jansen. Ik was tot tranen toe geroerd. Waarom? Het is altijd erg moeilijk om het maatschappelijk nut van kunst uit te leggen, laat staan om subsidies en investeringen in kunst te legitimeren tegenover mensen die er geen enkele affiniteit mee hebben. Maar deze film is één groot pleidooi voor de kunst. Voor de waarde en betekenis ervan, voor de schoonheid op zichzelf en de vreugde die dat brengen kan. De film toont Janine in al haar authenticiteit, met haar passie, haar hang naar perfectie, haar compromisloosheid voor datgene wat zij echt belangrijk vindt, haar muziek. We zien haar en haar collega's muziek maken, expressief en alert, tot het uiterste geconcentreerd, luisterend naar elkaar. We zien ze praten over muziek, over inspiratie, magie en liefde; kortom, over alles wat er in het leven toe doet. Daartegenover staat het alledaagse leven, de grote mensenwereld, waarin het om geld verdienen gaat, het 'vermarkten' van Janine in een blad dat haar naam draagt. We zien haar haar kwetsbare verschijning poseren voor talrijke camera's, we zien haar oneindig handen schudden, cd's signeren, met wildvreemden dineren en beschaafd converseren. En altijd maar glimlachen, tot haar kaken er pijn van doen, omdat het er nu eenmaal bij hoort. En daarna reist ze weer verder, van concert naar concert, van stad naar stad, vliegtuig in, vliegtuig uit. Uiteindelijk wordt het haar aan het einde van de film teveel. Omdat ze almaar geeft, zichzelf geeft, en eigenlijk te weinig terugkrijgt dat haar ook wezenlijk weer voedt.
Eigenlijk zou het hele nieuwe kabinet de film moeten gaan zien, en ook al die mensen die menen dat de subsidies voor kunst maar moeten worden afgeschaft. Want hoe algemeen, saai en conventioneel wordt het leven van alledag zonder de sprankelende inbreng van kunstenaars als Janine?

2 opmerkingen:

Ellen zei

Wat een mooie blog Paul! Leve de kunst!

kwa zei

Je haalt me de woorden uit de mond Paul.Op een vermoeide herfstmiddag sukkelde ik naar De Uitkijk, maar ik kwam er herboren uit.Dank zij jou, en uiterraard Janine, wat een prachtmens (vrouw!). Ik werd ter plaatse verliefd op haar. Op mijn leeftijd!
groet,
Willem